Er zijn tal van redenen om actief aan successieplanning te doen:
In dit geval is het eenvoudig: uw nalatenschap bestaat uit al uw eigen goederen.
In dit geval is het noodzakelijk uit te maken welke goederen van u zijn en welke van uw echtgenoot. Uw huwelijksvermogensstelsel zal de samenstelling van uw nalatenschap bepalen.
- Wettelijk stelsel
Bent u gehuwd zonder huwelijkscontract, dan valt u onder het wettelijk stelsel, dat een scheiding van goederen met gemeenschap van aanwinsten veronderstelt. Het wettelijk stelsel maakt een onderscheid tussen drie vermogens, telkens samengesteld uit bezittingen en schulden:
- het eigen vermogen van de ene echtgenoot;
- het eigen vermogen van de wederhelft;
- het gemeenschappelijk vermogen van de echtgenoten.
Wat zit er in uw nalatenschap?
Alle goederen die u tijdens uw leven hebt vergaard,zijn onder te brengen in een van deze drie vermogens. Wat u van thuis mee kreeg voor uw huwelijk blijft van u. Ook een erfenis of schenking tijdens het huwelijk blijft in uw eigen vermogen. De inkomsten van elke echtgenoot worden in het gemeenschappelijk vermogen opgenomen: de beroepsinkomsten, roerende en onroerende inkomsten. Zelfs inkomsten uit eigen goederen behoren tot de gemeenschap! Dat geldt bijvoorbeeld voor huurinkomsten die u ontvangt uit een gebouw dat u van uw ouders hebt geërfd. Alles waarvan u niet meer kan bewijzen dat het alleen u toebehoort maakt deel uit van het gemeenschappelijk vermogen.
Uw nalatenschap bestaat onder het wettelijk stelsel uit uw eigen vermogen plus de helft van het gemeenschappelijk vermogen.
- Volledige scheiding van goederen
Koos u voor het stelsel van zuivere scheiding van goederen, dan bestaat er geen gemeenschappelijk vermogen. Toch kan u probleemloos samen goederen verwerven. De bezittingen en schulden waarvan u niet kunt aantonen wie van u beiden er de eigenaar van is, komen in onverdeeldheid (voor elk de helft) toe aan u en uw partner.
Bij overlijden bestaat uw nalatenschap uit uw eigen vermogen, waarin eventueel de helft van de goederen en schulden in onverdeeldheid tussen u en uw echtgenoot zitten.
- Stelsel van algehele gemeenschap
Hier wordt uw eigen vermogen beperkt tot uw persoonsgebonden goederen en rechten, zoals kleding, beroeps werktuigen
enz. Andere bezittingen en schulden maken deel uit van het gemeenschappelijk vermogen, evenzeer goederen die u al voor uw huwelijk had. Indien u als eerste overlijdt, bestaat uw nalatenschap uit de helft van het (grote) gemeenschappelijk vermogen en uw (weinige) strikt persoonsgebonden goederen en rechten.
In uw huwelijkscontract kunnen ook “overlevings rechten” worden opgenomen: rechten die uitwerking krijgen op het moment dat een van beiden overlijdt en die de overlevende echtgenoot moeten beschermen door hem een ander deel toe te kennen dan de helft van de gemeenschappelijke goederen. De best gekende toepassing is de clausule “langst leeft, al heeft”. Hiermee wordt het gemeenschappelijk vermogen integraal toegekend aan de langstlevende echtgenoot. Indien deze clausule is opgenomen in uw huwelijkscontract, bestaat uw nalatenschap doorgaans alleen uit uw eigen vermogen. Uw echtgenoot zal wellicht meer successierechten moeten betalen, maar is volop beschermd.
-> het huwelijksvermogensstelsel is bepalend voor uw erfenis.
De tarieven van de successierechten zijn een bevoegdheid van de gewesten. Ze verschillen naargelang de laatste fiscale woonplaats van de overledene in het Vlaams Gewest, het Brussels Hoofdstedelijk Gewest of het Waals Gewest lag. Deze tarieven zijn progressief, wat betekent dat ze oplopen volgens de belasting schijven die verschillen naargelang het gewest. In Vlaanderen wordt het roerend & het onroerend vermogen individueel belast. Dit betekent dat uw erfgenamen bij een deskundige successieplanning tweemaal van het laagste tarief kunnen genieten! Een deskundig evenwicht tussen roerende goederen (geld)en onroerend goed is hier een must!
Investeren in vastgoed: ik wens meer info
In bepaalde gevallen kunnen vrijstellingen aangevraagd worden.
Verklarende woordenlijst:
Beschikbaar deel:
deel van de fictieve massa dat niet is voorbehouden voor de reservataire erfgenamen. De testator of schenker kan dus vrij beschikken over dit deel van de nalatenschap.
Blote of naakte eigendom:
juridische eigendom van een goed, zonder het vruchtgebruik. Als u bijvoorbeeld over de blote eigendom van een woning beschikt, mag u er niet in wonen, noch verhuren. U hebt geen recht op het gebruik (de bewoning) noch op de vruchten (de huurinkomsten). Als blote eigenaar kan u de blote eigendom wel verkopen of wegschenken.
Duolegaat:
Techniek waarbij een persoon een algemeen legataris aanstelt per testament (bv. een vzw die kan erven aan een voorkeurtarief), alsook een bijzonder legataris, met last voor deze eerste om de lasten en kosten te dragen die normaal verschuldigd zouden zijn door de tweede persoon. Deze laatste betaalt dus geen successierechten.
Eigen vermogen:
Som van alle eigen bezittingen en schulden van 1 van de echtgenoten. De omvang ervan verschilt naargelang van het gekozen huwelijksvermogensstelsel.
Erfdeel:
deel van de nalatenschap dat aan een bepaalde erfgenaam toekomt.
Erfgenaam:
Persoon die aanspraak kan maken op een bepaald erfdeel.
Erflater:
Persoon die een erfenis nalaat.(De overledene)
Fictieve massa:
De waarde van de volledige nalatenschap, verminderd met de schulden, plus de waarde van bepaalde schenkingen die de erflater tijdens zijn leven heeft gedaan. Dient als berekeningsbasis van de reserve.
Gemeenschappelijk vermogen:
Alle gemeenschappelijke bezittingen en schulden van een echtpaar, gehuwd onder het wettelijk stelsel of het stelsel van algehele gemeenschap. Alle goederen waarvan niet kan worden aangetoond dat ze tot het eigen vermogen van 1 van beide echtgenoten behoren, gehuwd onder het wettelijk stelsel, behoren ook tot het gemeenschap
Graad:
Familieband die bepaalt hoe personen met elkaar verwant zijn. In rechte lijn is de graad gelijk aan het aantal generaties tussen u en de persoon in kwestie. Kinderen en ouders zijn verwanten in de eerste graad, kleinkinderen en grootouders zijn uw verwanten in de tweede graad. In de zijlijn is de graad gelijk aan het aantal generaties tussen u en de gemeenschappelijke voorouder + het aantal generaties tussen de gemeenschappelijke voorouder en de persoon in kwestie. Uw broer en u zijn verwant
in de tweede graad.
Handgift:
Een schenking van hand tot hand van roerende, lichamelijke goederen. Tenzij documenten in verband met de handgift zouden geregistreerd worden, dient de begiftigde geen schenking rechten te betalen en er zijn geen notariskosten. Indien de schenker overlijdt binnen de drie jaar na het doen van de (niet-geregistreerde) schenking zijn er wel successie rechten verschuldigd.
Huwelijkscontract:
Contract dat voor het huwelijk door beide echtgenoten bij een notaris wordt afgesloten en minstens het huwelijksvermogensstelsel
vastlegt. Er kunnen ook overlevingsrechten in worden opgenomen.
Huwelijksvermogensstelsel:
Het stelsel dat bepaalt welke echtgenoot eigenaar is of kan worden van bepaalde bezittingen, hoe die worden beheerd, op welk vermogen een bepaalde schuld kan worden verhaald en hoe de goederen en schulden worden verdeeld bij ontbinding van het huwelijk(echtscheiding). We onderscheiden: het wettelijk stelsel, het stelsel van volledige gemeenschap en de volledige scheiding van goederen.
Legataris:
Persoon of instelling die door een testament wordt begunstigd met een legaat.
Onverdeeldheid:
Bezitting of schuld die aan verschillende personen toebehoort of die op verschillende personen kan worden verhaald. Komt onder meer voor bij personen gehuwd onder het stelsel van scheiding van goederen, wanneer niet kan worden aangetoond wie van beiden de eigenaar of schuldenaar is.
Overlevingsrechten:
In een huwelijkscontract opgenomen rechten die uitwerking krijgen op het moment dat een van beide echtgenoten overlijdt. Er zijn twee soorten overlevingsrechten: huwelijks voordelen en contractuele erfstellingen.
Plaatsvervulling:
Plaatsvervulling is een wettelijke veronderstelling waarbij afstammelingen van een vooroverleden persoon in diens plaats komen in het kader van een nalatenschap. Bijvoorbeeld: een nichtje erft samen met haar oom en tante, omdat ze “de plaats inneemt” van haar vooroverleden vader.
Reservataire erfgenamen:
Wettelijke erfgenamen die aanspraak kunnen maken op hun reserve of een deel ervan. (Stuk die niet 'onterfd kan worden') De wet kent drie soorten reservataire erfgenamen:
- de langstlevende echtgenoot
- de afstammelingen
- indien deze eersten er niet zijn – de voorouders.
Reserve:
Deel van de nalatenschap dat is voorbehouden voor de reservataire erfgenamen. Met andere woorden: de volledige fictieve massa min het beschikbaar deel.
Restlegaat:
Het restlegaat is een testamentaire beschikking waarbij de erflater een deel of het geheel van zijn vermogen legateert aan een bepaalde persoon (de bezwaarde), maar daarbij tevens bepaalt dat wat bij overlijden van die bezwaarde overblijft van de gelegateerde goederen, moet toekomen aan een of meerdere andere personen (de geroepenen).
Testament:
Document waarin de testator zijn nalatenschap geheel of gedeeltelijk verdeelt onder bepaalde personen.
Deze website maakt gebruik van cookies die voor een optimale gebruikerservaring zorgen. Door gebruik te maken van deze website verklaart u dat u hiermee akkoord gaat.